Tijl
Aan het eind van zijn Latijn klopt hij aan bij een klooster.Tijl Uilenspiegel, ooit der schelmen schelmst. De nonnen zien in hun onverwachte gast nog wel iets smeulen van diens oude vuur en dingen zelfs naar zijn gunsten (“Als er geen bed over is mag je wel bij mij”).
Geen wonder. Zijn motoriek is beverig, zijn mimiek die van een tandeloze bejaarde, maar zijn wezen ademt nog steeds een schalkse energie. Hij is een oude clown, maar vooral: een clown. Ik moet lachen om deze senior-Tijl,in mijn eentje op de kleine tribune van het Sonnevanck-theater aan de Enschedese Walstraat.Het lijkt alsof ik daarmee onbedoeld voeding geef aan de twijfel van regisseur Marije Gubbels,in deze prille fase van het repetitieproces.“Ik zit even te zoeken”, zegt ze behoedzaam tegen acteur Pieter Verelst, “naar hóe Tijl dan oud is.” “Is hij een hele gekke oude man of zit het toch meer in een soort van traagheid? Hij is wel opgewekt, maar ook oud en moe.”
Verelst luistert scherp maar je ziet hem ook nadenken. En ondertussen transformeren. “Ik wil geen seconde denken: ‘Daar heb je Malle Eppie’ ”,geeft Gubbels hem een laatste zetje. “Want dan ben ik je al kwijt.”
Dat laat Verelst niet gebeuren. Onbeholpen blijft het woord, maar het is niet langer iets fysieks. De blik keert zich naar binnen, het tempo gaat omlaag, zijn streken klinken alleen nog door in zijn tekst. Deze Tijl is de grappen en grollen voorbij. Zijn turbulente leven is hem in zijn botten gaan zitten. Ik lach niet meer hardop. Ik kan alleen maar hopen dat Gubbels denkt wat ik denk: Niks meer aan doen.
Tijl Uilenspiegel van Theater Sonnevanck gaat op 6 oktober in première in het in Wilminktheater Enschede. www.sonnevanck.nl