Geen categorieinterviews/magazineswerk

Wandelend de kunst laten bezinken

Hans Wassink voor museum No Hero in Delden. Foto Annina Romita.

In wandelgids ‘Weg van het museum’ brengt Hans Wassink twee liefdes samen

Wie behalve de kunstmusea in het oosten ook de omgeving wil verkennen kan nu op pad met de wandelgids ‘Weg van het museum’ van kunstenaar Hans Wassink. Twaalf routes van pakweg vijf kilometer rond musea in Overijssel en Gelderland – geïllustreerd met tekeningen van de samensteller zelf. “Wandelen is een fijne manier om de kunst te laten bezinken.”

Popzanger George Michael die uitkijkt over het landgoed Twickel: in Delden kan het. Een banier met Michaels portret vestigt bij museum No Hero de aandacht op wat er in de vroegere rentmeesterij is te zien: recent aangekocht werk uit de in alle opzichten opvallende kunstcollectie van wijlen de Britse artiest. “Mooi dat we dat hier nu kunnen bekijken”, vindt Hans Wassink.

Met Twickel voor de deur kan No Hero niet ontbreken in zijn deze maand verschenen gids. Maar, vertelt de Enschedese kunstenaar tijdens de wandeling over het landgoed, hij tipt ook graag een kleinschaliger expositieplek als Kunststation Delden, waar ‘met veel toewijding’ hedendaagse kunst en actuele thema’s aan elkaar worden gekoppeld. Wat hij vooral wil laten zien is de rijkdom die kunst en landschap in het oosten bieden. “Wat hier aan kunst is te zien – mede dankzij de inzet van veel vrijwilligers – doet in kwaliteit niet onder voor wat je in topmusea in de Randstad aantreft. Bovendien is dit een geweldig stuk Nederland.”

Zelf trekt hij er sinds de jaren tachtig graag te voet op uit. Eerst joggend, later wandelend. “Het begon met de vondst van een boekje met fietstochten rondom Enschede en Hengelo. Routes van een kilometer of dertig die ik ben gaan lopen.” Daarna volgden ook lange afstandsroutes, van Pieterpad tot Trekvogelpad. Wassink beschouwt zichzelf als een echte wandelaar, benadrukt hij. “Ik ben geen sjouwer, zoals ik dat noem. Het gaat mij niet om de kilometers maar om wat ik onderweg zie.”

Wandelen maakt je hoofd vrij

Zijn gids is ook niet voor kilometervreters: de langste wandeling, rond Kunstvereniging Diepenheim, is 6,5 kilometer. Het maakt de routes bij uitstek geschikt om met een museumbezoek te combineren. “Met veel wandelroutes ben je al gauw een paar uur onderweg. Zeker voor senioren kan dat teveel van het goede worden.” Maar de gids is nadrukkelijk bedoeld voor een brede doelgroep. Ook gezinnen met jonge kinderen of museumbezoekers met een drukke agenda kunnen volgens Wassink hun voordeel doen met de tochtjes.     

Afhankelijk van de locatie zijn dat routes door de natuur of stadswandelingen. Het museum is zowel start- als eindpunt, zodat je de volgorde van wandelen en museumbezoek zelf kunt bepalen. Zelf begint Wassink het liefst in het museum. “Zeker wanneer je met iemand anders bent is het altijd mooi om nog even na te praten over wat je gezien hebt. Te analyseren, te interpreteren. Je kunt het ook laten bezinken bij een kop koffie, maar ik vind wandelen een fijnere manier, juist omdat het je hoofd vrij maakt. In een museum kan het flink druk zijn, je krijgt veel prikkels, dan is het prettig om daarna de buitenlucht in te gaan.”

Geen overdaad aan informatie

Met tussenpozen is hij drie jaar bezig geweest met de voorbereidingen, vertelt Wassink. “Ik ben bijvoorbeeld in veel musea uitgebreid rondgeleid door mensen die ook alles wisten van de historie.” Goed voor zijn eigen achtergrond, maar Wassink hield de teksten in zijn gids bewust zo beknopt mogelijk. “Met overdadige beschrijvingen van wat je onderweg ziet raak je snel de draad kwijt. Je wilt bezig zijn met wandelen, niet met informatie. Waar nodig verwijs ik naar websites, ook omdat die altijd het meest actueel zijn.”

Anders dan andere wandelgidsen vind je in Weg van het museum ook geen foto’s. Noch van de musea, noch van de omgeving. Wel zijn silhouetten van gevels afgebeeld en andere tekeningen die Wassink zelf maakte. “Daar heb ik gezeten toen ik dit tekende”, zegt hij, wijzend op een bankje in de ‘voortuin’ van kasteel Twickel. Op de afbeelding in de gids staan het bruggetje met de drie eiken, die in de verte in het echt zijn te zien. Dat de gids – vormgegeven door zijn dochter – op deze manier een kunstwerk op zichzelf is geworden past bij Wassink, die vaker landschappen tekent en schildert.

Voor hemzelf is wandelen ook een manier om inspiratie op te doen. “Lopend in de natuur gaat het vanzelf stromen en ontstaan er ideeën.” Hij houdt van de onderzoeksfase in zijn projecten: “Als ik geen kunstenaar was geworden was ik misschien wel de onderzoeksjournalistiek in gegaan. Zodra je gaat rechercheren komen de verhalen naar boven en ontstaan ook de beelden erbij.” Wassink tekent en schildert, maakt collages, maar werkt ook driedimensionaal, met bijvoorbeeld assemblages. “Ik wil mezelf niet vangen in een bepaalde techniek of richting. Ik weet wat ik kan, maar ik wil vooral ontdekken wat ik nog niet weet en kan. Ik wil tegen nieuwe dingen aanlopen.”

Weg van het museum, twaalf wandelingen in Overijssel en de Achterhoek, door Hans Wassink. Uitgeverij Anoda, 106 pagina’s, €12,95

https://www.anoda.nl/winkel/weg-van-het-museum/

Waardeer dit artikel!

Dit artikel las je gratis. Vond je het de moeite waard? Dan kun je jouw waardering laten blijken met een kleine of wat grotere bijdrage. Als veel lezers dit doen, kan ik dit soort artikelen blijven schrijven. Dankjewel!

Mijn gekozen donatie € -